Zoek
Sluit dit zoekvak.

Adverteren

Home > Artikelen > Dossiers > Beroep > Cultuursensitief werken in de kraamzorg, hoe doe je dat?

Cultuursensitief werken in de kraamzorg, hoe doe je dat?

Delen

Een kwart van de Nederlandse bevolking heeft een migratieachtergrond. Een deel van deze mensen weet de kraamzorg niet altijd goed te vinden. Daarnaast kan kramen in een gezin met een andere culturele achtergrond leiden tot miscommunicatie, waardoor niet altijd de juiste zorg geboden wordt. Cultuursensitief werken kan dit voorkomen. Diana Codfried levert coaching, training en advies gericht op culturele diversiteit. Het is haar persoonlijke missie om het belang van cultuursensitief werken in te bedden in de maatschappij.

Tekst: Sanne Verhoeff

Diana is zelf een mix van twee culturen: haar vader is Surinaams en haar moeder komt uit Friesland. ‘Hoewel ik in Nederland geboren en getogen ben, ligt mijn gevoel in Suriname.’ Ondanks het feit dat Diana zich nooit echt gediscrimineerd heeft gevoeld, kreeg haar familie wel te maken met vooroordelen. ‘Toen ik jonger was en mensen vroegen waar ik vandaan kwam, vertelde ik dat mijn vader Surinaams was. Als ik vervolgens vertelde dat hij apotheker was, werd hier verbaasd op gereageerd. “Hij is toch Surinaams”, zeiden ze dan.’ Die multiculturele achtergrond, en haar ervaringen hiermee, brengt Diana samen in haar werk als coach, trainer en adviseur op het gebied van culturele diversiteit. Een aspect waar ook kraamverzorgenden regelmatig mee te maken krijgen, bijvoorbeeld als zij kramen in een gezin met een migratieachtergrond.

Gebruiken en tradities

Elke cultuur heeft zo zijn eigen gebruiken en tradities rondom de geboorte van een kind. In  Nederland zijn het bijvoorbeeld de bekende beschuit met muisjes en een kraamverzorgende die in huis komt om te helpen met de verzorging. Mensen uit Turkije of Marokko hebben andere gewoontes.

Diana: ‘Onlangs sprak ik nog een kraamverzorgende die bij een gezin kraamde waar het gebruikelijk was om een mes onder het matras van de baby te leggen. Dit om het kindje te beschermen tegen kwade geesten. Mensen uit China geloven dat tijdens de bevalling alle poriën van het lichaam openstaan en dat deze pas na een maand weer dichtgaan. Daarom mag de kraamvrouw zich een maand niet wassen. Vooral als je bij mensen thuis komt, is het van belang dat je kunt aansluiten op de cultuur van een gezin. Probeer mee te bewegen met wat er gevraagd wordt met een professionele houding.’ Het is lang niet altijd vanzelfsprekend dat vrouwen met een migratieachtergrond bij een kraamzorgorganisatie terechtkomen, weet ook Diana. ‘De huisarts kunnen ze meestal nog wel vinden, maar de zorg eromheen niet. Het is ook veel gebruikelijker om familie in te schakelen.’

Cultuursensitief werken

Cultuursensitief werken, wat is dat nu precies? Diana legt uit: ‘Persoonsgericht werken, waarbij je je bewust bent van de culturele verschillen. Voor een kraamverzorgende is dit dus persoonsgericht kramen met extra aandacht voor de culturele achtergrond van het gezin waar je bent. Waarbij je oog hebt voor hun gewoonten en tradities. Alles begint bij de eerste ontmoeting, het opbouwen van vertrouwen. Dat kan, denk ik, alleen maar als je ook een stukje van jezelf laat zien. Daarvoor moet je dus ook jezelf goed (leren) kennen. Je kunt immers pas openstaan voor anderen als je je eigen achtergrond durft te omarmen.’

Het is tevens belangrijk waakzaam te zijn als het gaat om culturele verschillen. Diana noemt het voorbeeld van een Syrische vrouw die haar baby altijd bij de arm beetpakte. ‘Ik denk dan, oei, gaat dat wel goed?, terwijl het voor haar waarschijnlijk heel normaal is. Als je twijfelt over de manier waarop ouders met hun baby omgaan, ga altijd het gesprek aan voordat je oordeelt. Neem de culturele verschillen mee in de manier waarop je tegen een situatie aankijkt. Daarbij; gebruik je onderbuikgevoel als je denkt dat er meer aan de hand is.

’ Een leuk voorbeeld van hoe belangrijk het is om met elkaar het gesprek aan te gaan, is de situatie waarin een vrouw haar buurvrouw met een migratieachtergrond uitnodigt voor een kopje koffie. ‘De buurvrouw zij nee, wat nogal onaardig overkwam. Uiteindelijk zei de vrouw simpelweg geen koffie te lusten. Dat was de reden waarom ze nee zei. De buurvrouw bedoelde natuurlijk niet dat ze per se koffie moest drinken, het ging puur om de gezelligheid. Zo zie je: met hetzelfde zeggen, kun je iets heel anders bedoelen. Daarom is het zo belangrijk te checken: bedoelen we hetzelfde?’

Noodklok

Culturele diversiteit is niets nieuws. Wel nieuw is dat volgens Diana de noodklok geluid wordt om organisaties ervan te overtuigen hierin te bewegen. ‘Als organisaties (waaronder ook de kraamzorg) dit niet durven, ben ik bang dat dit tot problemen leidt. “Iedereen is welkom”, is vaak de leus van organisaties maar … is dat wel echt zo? Is die drempel voor iedereen te nemen? Durf te kijken naar jezelf.’

Diana wil graag dat het verhaal verteld wordt, dat de meerwaarde van culturele diversiteit ook in het beleid van organisaties wordt ingebed. ‘Dan heb ik het niet alleen over de cliënten van de kraamzorg, maar ook over de kraamverzorgenden zelf. Ik denk dat het een vrij witte populatie is. Ook daar kun je als organisatie op inzetten. Het zou mooi zijn als organisaties al bij het maken van beleid die cultureel sensitieve bril opzetten. Zodat het niet alleen “wit” beleid is, maar beleid gericht op verschillende smaken. Dus: eerst verandering van visie en beleid, daarna kunnen de professionals – de kraamverzorgenden – ermee aan de slag. Zij moeten daartoe ook toegerust worden. Dat begint al bij onderwijs. Opleidingen moeten die culturele diversiteit inbedden. Het moet doorklinken in alle vakken die zij aanbieden. Het zou mooi zijn als die beweging gaat plaatsvinden, maar ik weet dat dit in heel kleine stapjes gaat.’

Missie

Dat inbedden van die culturele diversiteit en cultuursensitief werken in de maatschappij is Diana’s persoonlijke missie. ‘We wonen allemaal op deze wereld. Leer van elkaar en blijf nieuwsgierig. Oordeel niet te snel. Vooroordelen hebben we allemaal: wees je ervan bewust, check en handel er niet naar. Laat je verbazen en ga op zoek naar wat verbindt.’

Feiten en cijfers

Op 1 januari 2022 had 25,3 procent van de bevolking een migratieachtergrond. Daaronder vallen zowel mensen die in het buitenland zijn geboren (de eerste generatie) als degenen die in Nederland geboren zijn en van wie ten minste een van hun ouders immigrant was (de tweede generatie). Van de totale Nederlandse bevolking heeft 10,9 procent een westerse migratieachtergrond en 14,4 procent een niet-westerse migratieachtergrond. Van de personen met een migratieachtergrond is 45,6 procent in Nederland geboren, en behoort daarmee tot de tweede generatie. Het grootste aantal mensen met een migratieachtergrond heeft hun herkomst in Turkije: 429 915 personen.

Van deze personen is 52,5 procent in Nederland geboren, de zogenaamde tweede generatie. Ook heeft een grote groep inwoners van Nederland hun herkomst liggen in Marokko, Suriname, Indonesië, Duitsland of Polen.

Delen